'Slang’ is niet alleen taal van de straat. Ook verschillende sportdisciplines hebben zo hun eigen termen en uitspraken. Zo ook BMX. Want het maakt niet uit welk type BMX-er jij bent, het gaat erom dat je de taal spreekt. Hierbij wat termen die je zeker in je BMX woordenboek moet hebben
01
Air Time
De naam zegt het eigenlijk al. Jij en je BMX bevinden zich in het luchtledige. Dus geen voetjes of banden op de grond.
02
Bar Spin
Je voorwiel is minimaal van de grond af, je leunt achterover en haalt één hand van het stuur. Met de andere hand geeft je een zwieper aan je stuur waardoor deze ronddraait. Als laatste met beide handen het stuur weer vastpakken voordat je voorwiel de grond weer raakt
03
Bunny Hop
De trick die iedere BMX-er eigenlijk moet kunnen. Door je gewicht te verplaatsen en op het juiste moment je stuur en daarna je pedalen omhoog te trekken maak je een sprong waar ieder konijn jaloers op zou worden
2 min
How to bunny hop
Bunny hoppen uitgelegd door Rob Warner en Tom Oehler - zo krijg je beide wielen van de grond.
04
Can-can
Deze trick ziet er ook wel tof uit. In de lucht haal je één voet van je pedaal, je gooit deze over je bovenbuis om vervolgens weer met beide voeten op de pedalen te landen.
05
Dialed / Nailed
Consistent of perfect. Die gast dialed die trick.
06
Endo
Het voorwiel van de BMX is gestopt en de rider valt over het stuur heen.
07
Gyro
Een onderdeel op je BMX waardoor je je stuur kan laten draaien zonder dat de remkabel(s) in de war komen
08
Holeshot
Als allereerste ben je uit de starthekken en je houdt dit vol tot de eerste bocht.
09
Huck
Jezelf overgeven om de trick te doen, ook al weet je niet zeker of het gaat lukken. ‘Het maakt me niet uit, ik huck die trick gewoon en hoop op het beste’.
10
Lookback
De rider leunt weg van de richting waarin hij draait. Op dat moment zijn de pedalen 45 graden gedraaid, is het stuur gedraaid en lijkt het alsof de rider rechtop op de fiets zit.
11
Launch
Een obstakel dat wordt gebruikt om een rider door de lucht te krijgen. 'Als je de stoeprand gebruikt als launch kun je waarschijnlijk over het bankje springen’.
12
Ledge
Een korte muur die wordt gebruikt om BMX-tricks uit te voeren.
13
Manual
Een wheelie maken zonder te trappen.
2 min
How to manual
Tom Oehler and Rob Warner teach you how to go manual on your mountain bike.
14
Nac Nac
De achterkant van de BMX wordt naar rechts gedraaid en de rechtervoet wordt ver achter de rijder over de bovenbuis gedraaid.
15
No Footer
Beide voeten los van de pedalen gehaald en naar de zijkant verplaatst.
16
Opposite
Je doet een trick precies het tegenovergestelde van hoe je het normaal zou doen.
17
One Footer / One Hander
De rider haalt één voet van het pedaal en schopt deze opzij / Eén hand wordt van het stuur gehaald.
18
Park
BMX-en op een reeks houten of betonnen hellingen/obstakels die speciaal zijn ontworpen voor BMX of skateboarding. Afgeleid van de term skatepark.
19
Poser
Een persoon die niet om de juiste reden aan BMX doet. Mooie bike of kleding maar bakt er niks van qua tricks
20
Props
Complimenten. ‘Props voor hoe zij die can-can uitvoerde’.
21
Resi
Een halfzachte rubberen mat die op ramps wordt gelegd als bescherming tijdens het uitvoeren van bijzonder gevaarlijke of ingewikkelde trucs. Het gebruik van resi is een zeer verhitte kwestie in BMX: sommige mensen zien het als een manier om riders de moed te geven om trucs uit te voeren die anders te gevaarlijk zouden zijn, en anderen zien het als een ondermijning van de rauwe spanning en adrenaline die de meeste rijders in BMX nastreven. ‘Ik heb nog maar een paar tailwhips gedaan op resi, en ik weet niet zeker of ik me daar al comfortabel bij voel’.
22
Session
De duur van een BMX sessie.
23
Sick
Indrukwekkend, verbazingwekkend. ‘Dit park is zo sick’.
24
Shady
Creepy of angstaanjagend. ‘Dat is een shady dirt jump’.
25
Shred
Intensief BMX-en.
26
Snake Run
Een lange, kronkelende quarter pipe van cement.
27
Street
BMX-en op natuurlijk of door de mens gemaakt terrein in steden. Zoals richels, stoepranden, bankjes en betonblokken. Alles wat niet speciaal is gemaakt om op te riden, kan een street obstakel zijn.
28
Trails
Een freestyle BMX-parcours bestaande uit onverharde sprongen (dirt jumps) verspreid over kronkelende paden, meestal in het bos of veld.
29
X-up
Het stuur is 180 graden gedraaid.
30
180, 360, 540, 720, 900
Verwijst naar het aantal graden dat in de lucht om je as wordt gedraaid.
Met dit lijstje kom je al een heel eind. Maar uiteraard zijn er nog veel meer termen te bedenken. En er komen er ook steeds meer bij. Zeker als je ziet welke tricks we tegenwoordig zien tijdens de vette events. En misscheien gebruik jij met je groep wel eigen 'slang'. Wie weet zie je dat ooit nog terug als we de lijst uitbreiden of bijwerken!
Onderdeel van dit verhaal